Begroting en verantwoording

Paragraaf Weerstandsvermogen en Risicobeheersing

2. Financiële kengetallen

Het herziene BBV bepaalt dat provincies en gemeenten zes financiële kengetallen opnemen in hun begroting en deze in onderlinge samenhang toelichten. Provinciale Staten (en de Gemeenteraad) kunnen deze informatie gebruiken in hun beoordeling van de financiële positie. De zes financiële kengetallen zijn een gezamenlijke keuze geweest van Rijk, provincies en gemeenten om een breder beeld te krijgen van de financiële positie.
Het BBV bepaalt dat er inzicht wordt gegeven in de ontwikkeling van de financiële kengetallen voor een periode van vier jaar (dit sluit aan bij de reikwijdte van de meerjarenbegroting). De provincie Zuid-Holland geeft inzicht voor een periode van 15 jaar. Reden hiervoor is dat een aantal grote uitgaven (die van invloed zijn op enkele kengetallen) buiten de reikwijdte van de meerjarenbegroting vallen. Het bieden van dit lange termijn inzicht vergroot de transparantie van de provinciale begroting.
Het BBV geeft geen normen voor de financiële kengetallen. Wel zijn tussen Rijk, provincies en gemeenten afspraken gemaakt over zogeheten ‘signaleringswaarden’.

Hieronder zijn de uitkomsten van de financiële kengetallen opgenomen. Dit is als volgt opgebouwd:
1. uitleg van de kengetallen
2. uitkomsten van de kengetallen voor de provincie Zuid-Holland

De toelichting op de uitkomsten maakt (in samenhang met andere ontwikkelingen die van belang zijn voor de financiële positie van de provincie) deel uit van het financieel beeld.

Ad 1, uitleg van de kengetallen

In overleg tussen provincies (als toezichthouders op de gemeentelijke begrotingen) en het ministerie van Binnenlandse Zaken zijn afspraken gemaakt over zogeheten ‘signaleringswaarden’ voor de financiële kengetallen. Deze signaleringswaarden betreffen geen normering maar dienen als hulpmiddel om de afzonderlijke uitkomsten beter in perspectief te plaatsen. Voor elk kengetal worden er drie categorieën onderscheiden: ‘gezond’ (in groen); ‘neutraal’ (in geel) en ‘risicovol’ (in oranje).

Het gaat om de volgende zes financiële kengetallen:

a. Netto Schuldquote

De netto schuldquote geeft inzicht in de mate waarin de schuldenlast drukt op de exploitatie. Dit kengetal wordt berekend door het totaal van de geleende gelden te delen door de totale jaarlijkse baten. Dit saldo wordt uitgedrukt in een percentage van de totale jaarlijkse baten. Lagere baten of hogere investeringen zorgen voor een stijging van de netto schuldquote. Voor meer informatie over schulden zie de paragraaf Financiering.

Signaleringswaarde

<90%

90-130%

>130%

b. Gecorrigeerde Netto Schuldquote

De hoogte van de netto schuldquote kan beïnvloed worden doordat er geld wordt geleend om uit te lenen aan derden.
Om het effect hiervan te corrigeren wordt de gecorrigeerde netto schuldquote berekend. Dit kengetal wordt berekend door de geleende gelden te verminderen met het doorgeleende gelden en vervolgens dezelfde berekening te maken als bij de netto schuldquote.

Signaleringswaarde

<90%

90-130%

>130%

c. Solvabiliteit

Het kengetal solvabiliteit gaat in op de mate waarin de provincie in staat is om in de toekomst aan haar financiële verplichtingen te voldoen. Hoe hoger de solvabiliteit des te beter de provincie in staat is om in de toekomst aan haar financiële verplichtingen te voldoen. Dit kengetal wordt berekend door het eigen vermogen te delen door het totale vermogen.

Signaleringswaarde

>50%

20-50%

<20%

d. Structurele exploitatieruimte

Het kengetal structurele exploitatieruimte geeft inzicht in de ruimte die de provincie heeft om bijvoorbeeld structurele tegenvallers in de baten en/of lasten op te kunnen vangen. Dit kengetal wordt berekend door de structurele baten te verminderen met structurele lasten en dit saldo te delen door het totaal van de baten. Voor meer informatie over de structurele exploitatieruimte zie het overzicht van baten en lasten.

Signaleringswaarde

>0%

= 0%

<0%

e. Belastingcapaciteit

Het kengetal belastingcapaciteit geeft aan hoe het opcenten tarief van de provincie zich verhoudt ten opzichte van het landelijke gemiddelde van alle provincies tezamen. Hierbij is een belastingcapaciteit van 100% precies gelijk aan het landelijk gemiddelde.De hoogte van het opcententarief is een politieke keuze. Het kengetal belastingcapaciteit is niet hetzelfde als de ‘onbenutte belastingcapaciteit’ die wordt gebruikt voor de bepaling van het structurele weerstandsvermogen. De onbenutte belastingcapaciteit is het verschil tussen het werkelijke opcententarief en het wettelijke maximumtarief. Het Rijk stelt dit maximumtarief jaarlijks vast. Voor meer informatie over belastingheffing zie de paragraaf Lokale heffingen.

Signaleringswaarde

<95%

95-105%

>105%

f. Grondexploitatie

Het kengetal grondexploitatie geeft inzicht in de omvang van de grondposities die de provincie heeft in relatie tot de totale baten. Het gaat hier alleen om grondposities die het doel hebben om bebouwd en verkocht te worden. Bij veel gemeenten zijn grondexploitaties afgewaardeerd, wat heeft geleid tot extra lasten. Bij de provincie Zuid-Holland is de omvang van de grondexploitaties zeer beperkt, zodoende zijn de risico’s klein, maar is er ook nauwelijks verdiencapaciteit. Voor meer informatie over grondexploitaties zie de paragraaf Grondbeleid.

Signaleringswaarde

<20%

20-35%

>35%

Ad 2, uitkomsten van de kengetallen

Hieronder staan de uitkomsten van de financiële kengetallen weergegeven voor de periode tot en met 2020 in relatie tot de signaleringswaarden.We zien hierbij de volgende ontwikkelingen:

  • de netto schuldquote gaat van ‘gezond’ naar ‘risicovol’;
  • de solvabiliteitsratio bevindt zich de komende jaren in de categorie ‘neutraal’;
  • de structurele exploitatieruimte neemt af maar blijft nog ‘gezond’
  • de belastingcapaciteit bevindt zich in de categorie ‘risicovol’
  • de grondexploitatie bevindt zich in de categorie ‘gezond’

2015

2016

2017

2018

2019

2020

Netto schuldquote *)

70,6%

81,3%

124,6%

161,6%

189,8%

202,5%

Gecorrigeerde netto schuldquote *)

70,4%

80,3%

123,1%

159,9%

187,7%

200,4%

Solvabiliteitsratio

33,5%

37,8%

33,1%

27,7%

25,5%

25%

Structurele exploitatieruimte

16,2%

7,9%

10,9%

8,0%

5,5%

3,9%

Belastingcapaciteit

116,9%

111,9%

114,1%

114,1%

114,1%

114,5%

Grondexploitatie **)

0,3%

0,3%

0,3%

0,3%

0,3%

0,3%

*) Het Rijk schrijft voor hoe de kengetallen berekend worden. In maart 2016 heeft het Rijk de berekeningswijze van de netto schuldquote aangepast, vanwege ‘technische omissies’. Om een eenduidige reeks te presenteren, zijn hier de uitkomsten voor 2015 en 2016 berekend op basis van de aangepaste berekeningswijze.
**) De uitkomst van het kengetal grondexploitatie in 2016 is eveneens aangepast om tot een eenduidige reeks aan cijfers te komen.

Na 2020 verwacht de provincie (bij ongewijzigd beleid) de volgende relevante ontwikkelingen in de financiële kengetallen:

  • de netto schuldquote neemt verder toe tot circa 260% in 2025 om in de jaren erna weer af te nemen;
  • de solvabiliteitsratio daalt verder tot circa 19% (categorie ‘risicovol);
  • de structurele exploitatieruimte neemt verder af; vanaf 2024 komt de provincie in de categorie ‘risicovol’.

Deze uitkomsten staan (in relatie tot andere ontwikkelingen die relevant zijn voor de financiële positie van de provincie) toegelicht in het financieel beeld.